Onze zorgstructuur is erop gebaseerd dat we het onderwijs op de Agnesschool zo goed mogelijk willen aanpassen aan de behoeften, mogelijkheden en beperkingen van iedere leerling. Om dit onderwijs goed te verzorgen hebben wij op school naast groepsleerkrachten ook ondersteunende leerkrachten en intern begeleiders.

Ondersteunend personeel voert extra- of aanvullende onderwijsactiviteiten met leerlingen uit. Dit gebeurt binnen de groep. De extra hulp wordt ingezet voor leerlingen die moeite hebben met de leerstof. Binnen de groepen 1-2 wordt deze hulp vooral ingezet op het aanleren en uitbreiden van de Nederlandse taal.

Interne Begeleiders (IB) coördineren de zorg voor de leerlingen. Voor de leerlingen die naar verwachting het gewenste eindniveau van het basisonderwijs niet behalen, wordt een ontwikkelingsperspectief opgesteld. Hierin wordt de verwachte ontwikkeling beschreven, er worden doelen in gesteld, en het aanbod om de gestelde doelen te behalen wordt hierin beschreven als dit afwijkt van het reguliere aanbod.

Om alle leerlingen (met specifieke onderwijsbehoeften) de extra aandacht en zorg te bieden die nodig is, is het nodig de prestaties van de kinderen in kaart te brengen. We hanteren hiervoor een uitgebreid leerlingvolgsysteem (CITO). Daarnaast worden de prestaties en het gedrag van alle leerlingen drie keer per jaar door de leerkracht en IB-er besproken tijdens de groepsbesprekingen. Leerlingen die nog extra zorg en aandacht nodig hebben, worden besproken tijdens een interne leerlingbespreking. Indien nodig schakelen wij hulp van externen in, bijvoorbeeld de Schoolmaatschappelijk Werker (SMW), het Wijkteam en Passend Primair Onderwijs (PPO).

Voor leerlingen die meer aankunnen dan binnen het reguliere programma wordt aangeboden, worden extra uitdagende opdrachten binnen het lesprogramma van de peuters tot en met groep 8 aangeboden.